In het schooljaar van 2021-2022 zijn wij gestart met een pilot praktisch leren in de groepen 8. We hebben gemerkt dat er kinderen zijn die veel moeite hebben met de aangeboden leerstof. De leerstof is te abstract voor hen, ze kunnen er geen betekenis aan geven. Deze kinderen zijn minder theoretisch ingesteld en leren beter door ‘te doen’. Wanneer deze kinderen onvoldoende worden aangesproken op hun manier van leren, is het gevolg vaak dat deze kinderen faalangstig worden en minder gemotiveerd zijn. Ons team wil deze groep kinderen op een andere manier laten leren, zodat ze weer meer plezier in het leren en ook meer zelfvertrouwen krijgen.
In de toekomst willen we gaan onderzoeken of er een bredere selectie van kinderen mogelijk is bijvoorbeeld al vanaf groep 7. Tevens willen we de samenwerking met het voortgezet onderwijs onderzoeken.
De kinderen voor deze ‘beverbende’ worden door de interne begeleider, de talentbegeleider en de groepsleerkracht geselecteerd aan de hand van objectief meetbare criteria vanuit het CITO-leerlingvolgsysteem en naar aanleiding van observaties. We kijken niet alleen naar de leereigenschappen van het kind, maar ook naar sociale en emotionele vaardigheden, werkhouding, concentratie, taakgerichtheid, etc.
In de pilotfase gaat een geselecteerd groepje kinderen buiten hun eigen groep aan de slag met praktische opdrachten. In blokken van 6 weken werken de kinderen aan een bepaald thema. Voorbeelden van een thema kunnen zijn: techniek, verzorging, koken enz. In deze opdrachten komen de reken- en taaldoelen op een andere manier aan bod. Ook zullen de kinderen regelmatig naar bedrijven en instanties in de buurt gaan om praktijkervaringen op te doen.
Ons streven is dat deze kinderen bij het verlaten van de basisschool de 1F-doelen behalen. In de eigen groep kijken de leerkrachten ook kritisch naar de aangeboden leerstof.